Gewicht is aan de Onderkant

Koichi Tohei Sensei’s
Vier Basis Principes

Rust in één punt
Ontspan volledig
Gewicht is Onderkant
Ki breidt zich oneindig uit

Onegaishimasu. Goedenavond, iedereen. 

Leerlingen:  Goedenavond, Sensei. 

Vanavond is de derde van de Vier Basis Principes, “Gewicht is aan de Onderkant.”

Vijf Principes van Kalmte (Gewicht Onderkant)
1. Een houding die het meest comfortabel is.
2. Een houding waarin je lichaam licht aanvoelt. 
3. Een houding waarin Ki op alles is gericht. 
4. Een houding die flexibel is waardoor je je kunt aanpassen aan veranderende omstandigheden. 
5. Een houding waarin je alles duidelijk kunt zien en voelen.

Toen mijn Japanse studente, Sayaka Reasoner, en ik hieraan werkten, realiseerde ik me voor het eerst dat er eigenlijk niet staat “De Vijf Principes van “Gewicht aan de Onderkant”. Er staat, “De Vijf Principes van Kalmte.” De woorden “gewicht aan de onderkant” staan er niet. Dit betekent niet dat Tohei Sensei dat nooit gezegd heeft, natuurlijk.  We hebben hem die term, “gewicht aan de onderkant”, heel vaak horen gebruiken.  Hoe dit belangrijke principe echter verkeerd vertaald werd, is niet bekend.  

Ik denk dat het belangrijk is te erkennen dat deze vijf aspecten van kalmte hun uitwerking hebben via onze gemoedstoestand, en niet alleen via een of andere verandering die we aanbrengen in onze lichamelijke houding alleen.

Dus, hoe ontstaat deze kalmte in ons?  Kalmte ontstaat niet vanzelf, maar is een neveneffect van een handeling. De actie die altijd tot kalmte leidt is opmerkzaamheid, aandacht schenken. Kalmte ontstaat door aandacht te schenken. Telkens wanneer we aandacht schenken aan iets, [duif koert buiten] zoals het geluid van die vogel daar, worden we kalm. Als we naar dat geluid van de vogel luisteren, krijgen we een rijk, zacht gevoel in onze onderbuik. Het voelt kalm aan.

Dit gevoel is een soort bijverschijnsel van bewustwording. We denken vaak aan een neveneffect als iets dat erna komt.  Maar in dit geval ontstaat kalmte niet na de actie van aandacht schenken, maar gebeurt het op hetzelfde moment, tijdens de gebeurtenis.  Het begeleidt de actie. Maar, interessant genoeg, als we proberen kalm te zijn, werkt dat niet.  Maar als we gewoon ergens aandacht aan besteden, dan zijn we al kalm.  Met andere woorden, als we aandacht schenken, zijn we in kalmte. We kunnen geen aandacht schenken zonder in kalmte te zijn. Als we kalm proberen te zijn zonder aandacht te schenken, als in, kalmte willen, dan is er geen kalmte, omdat er niets is om aandacht aan te schenken.

Wanneer we oefenen, vinden we een oneindig aantal “dingen” om aandacht aan te schenken.  Veel mensen leren bijvoorbeeld mediteren met een kaarsvlam, wat ons iets geeft om aandacht aan te schenken, en zo worden we kalm. We doen Ki Ademhaling, en door aandacht te schenken aan deze uitademing en inademing, krijgen we een gevoel van diepe kalmte. We doen Ki Meditatie, en door diepe aandacht te schenken aan de universele expansie, en daarna aan de universele contractie, worden we heel kalm. Ik heb thuis een boekrol aan de muur van mijn meditatieruimte hangen, en ik open vaak mijn ogen en laat mijn aandacht rusten op de boekrol, soms herhaal ik de woorden voor mezelf, steeds weer, en soms staar ik er alleen maar naar:

“Masa Katsu A Gatsu Kachi Haya Bi” = “Ware overwinning op jezelf overstijgt tijd en ruimte”

Dit zijn voorbeelden van aandacht schenken. Wanneer we werkelijk leren om altijd in opmerkzaamheid te zijn, leren we om in een staat van kalmte te zijn.  Vaak, wanneer we eenvoudigweg rusten in dit gewaarzijn, hebben we niet eens de behoefte om een object van dat gewaarzijn te hebben.  Wij noemen dit “objectloze opmerkzaamheid” en dit brengt het diepste niveau van kalmte voort. Uiteindelijk hebben we geen “ding” nodig om aandacht aan te schenken.  Aandacht, of opmerkzaamheid, is de oorspronkelijke en natuurlijke staat van de geest zelf. Daarom voelt het zo goed wanneer we kalmte ervaren, omdat die altijd samengaat met deze natuurlijke toestand.  

Kalmte is geen zelfbewustzijn. Als we zeggen: “O kijk, nu ben ik echt kalm,” dan is dat al een beetje verstoord. Zodra we denken, “Ik ben heel kalm,” zijn we misschien een beetje kalm, maar er is een klein beetje verstoring die we erin stoppen. Wanneer het niet zelfbewust is, het is niet op zichzelf gericht, dan is gewaarzijn gewoon een staat van zijn. Het is niet de daad van “kijken naar.” Het is niet kijken naar iets, wat twee maakt, ik en mijn kalmte. Dat is geen ware kalmte. Ware kalmte is louter er in zijn, zonder er naast te staan.  Een staat van bewustzijn zonder enig object is gewoon de pure, oorspronkelijke, natuurlijke staat van de geest, en ik begrijp dat deze ervaring is wat Tohei Sensei bedoelt als hij zegt “ware kalmte”.

Soms, onderwees Tohei Sensei de onoptilbare arm.  Dat is de derde test in ons Ki examen.  Later in deze test, hebben we ook onoptilbaar lichaam. Dit zijn testen die onze gemoedstoestand controleren. Daarom noemt hij het “gewicht aan de onderkant”, vanwege de ervaring wanneer iemand ons probeert op te tillen. Dit is geen gevoel van zwaarte. Integendeel, het is een gevoel van lichtheid, drijfvermogen. Tohei Sensei zegt hier, “een houding waarin je lichaam licht aanvoelt.” Als je bijvoorbeeld probeert je arm zwaar te maken en iemand test je door je arm van onderaf omhoog te duwen, dan ga je daarop reageren door terug naar beneden te duwen, en zo zak je voor de test.  Een natuurlijke toestand is een niet-zelfbewuste toestand.  Met andere woorden, we proberen onszelf niet zwaar te maken.  We proberen geen enkele toestand te veranderen.  Wanneer we in onze natuurlijke staat zijn, is het gevoel een lichtheid van zijn.  Dit is wat Tohei Sensei “gewicht aan de onderkant” noemt.

Comfortabel, licht, op alles gericht, flexibel, klaar om zich aan alle omstandigheden aan te passen, en alle dingen helder zien zijn natuurlijke gemoedstoestanden, die verschijnen wanneer we in een diep gevoel van kalmte verkeren. Wij houden van de woorden “gewicht aan de onderkant”, omdat het gevoel is alsof elk atoom in ons lichaam rust in zijn natuurlijke toestand. Als je me probeert op te tillen, en ik “houd gewicht aan de onderkant”, zul je niet in staat zijn me op te tillen. Ik zal heel, heel zwaar aanvoelen voor jou. Maar voor ik voel me niet zwaar. Ik voel me heel licht en veerkrachtig. We kunnen dit alleen begrijpen door het te ervaren.

Oké, ik denk dat dat alles is wat ik te zeggen heb over gewicht aan de onderkant of kalmte als inleiding, dus alsjeblieft, draag bij aan de discussie.

Student:  Sensei, als je het gewicht aan de onderkant ervaart, kun je dan zeggen dat je je “geaard” voelt? 

Hmmm. Wat ik voel, mijn persoonlijke ervaring, is dat wanneer ik met gewicht aan de onderkant sta, het voelt alsof ik volledig deel uitmaak van de matten onder mijn voeten en de omringende lucht. Misschien kunnen we dit niet op een relatieve manier beschrijven, want er is niets zoals dit in de relatieve toestand. Het voelt alsof de hele aarde mijn voeten zijn.  Maar dan voelt de lucht om mij heen ook zo, dus het is niet een gevoel van alleen maar een naar beneden gericht gevoel dat te maken heeft met de vloer, dus misschien niet zozeer “geaard” zoals je zegt, maar een gevoel van volledige verbinding met de lucht en de muren en jezelf, de mensen om mij heen, alles. Als ik volledig ontspannen en verbonden ben, dan voelt dat zo.  In deze staat, is wat je overal ervaart “jij”.

Student:  Betekent dat iets zoals weten dat we het centrum van het universum zijn? 

Ja, natuurlijk, zo is het voor ons allemaal in onze natuurlijke staat. We krijgen niet altijd de kans om dat te voelen of die ervaring te hebben. Als we bijvoorbeeld afgeleid worden door hierover na te denken, dan zijn we gewoon aan het speculeren, en niet echt in aandacht. Aandacht schenken betekent, nogmaals, opmerken in het huidige moment, aandachtig aanwezig zijn, geen aandacht schenken aan iets dat ons wegvoert uit het heden.  Dit is de volledige afwezigheid van speculatie. Alhoewel ik toch ook wil zeggen dat het mogelijk is om na te denken over een actie die we in het verleden hebben gehad, of over de aard van iets dat in de toekomst kan gebeuren, zonder dat het een afleiding wordt. We kunnen er diep over nadenken, het zijn gang laten gaan met ons, en niet proberen er een verhaal over ons, of iemand anders, van te maken. Op die manier blijven we opmerkzaam, en dat is altijd in het heden.

Een goed voorbeeld is dat je achter de computer zit te schrijven en iets schrijft dat kwetsend zou kunnen zijn voor een ander, of dat verkeerd opgevat zou kunnen worden, op een bepaald moment in de toekomst. Natuurlijk wil je niet kwetsend zijn, dus onmiddellijk ervaart het gevoel in je lichaam dat ermee verbonden is, een verstoring. Je voelt dit als een soort alarm dat afgaat in je lichaam zodra dat gebeurt.  Nou, ik zou zeggen, je kunt het maar beter voelen in je lichaam, want als je dat niet doet, kun je die e-mail naar iemand sturen, en dan kun je hem misleiden, en kan iemand onnodig gekwetst worden. Soms zijn studenten heel onbeleefd tegen mij, ook al bedoelen ze dat waarschijnlijk niet zo, omdat ze me schrijven zonder dat dat alarmsysteem geactiveerd is. In mijn geval moet ik dus op hen reageren, en ik wil hen steunen en helpen. Heel vaak beantwoord ik iemands vraag over iets, en als je dat leest, zou je het “politiek correct” kunnen noemen.  Maar dit waar ik het over heb is vaak veel dieper dan dat.  Je moet in een staat zijn dat je je bewust bent, zodra je iets negatiefs begint te zeggen. Dit is een uiterst belangrijke natuurlijke gemoedstoestand, en ik zou zeggen dat het heel moeilijk is anderen te leiden zonder dit.

Student: Dank u, Sensei. 

Student:  Dus, Sensei, wanneer was de eerste keer dat u een ervaring had van gewicht aan de onderkant?  Was het met Suzuki Sensei in een les, of was het daarvoor, of was het toen je een keer met Tohei Sensei samen was? 

Eigenlijk was het voordat ik Tohei Sensei of Suzuki Sensei ontmoette, maar op dat moment had ik geen idee dat het “gewicht aan de onderkant” was.  Ik was in New York toen ik ongeveer 25 jaar oud was. Ik had geen onderricht gehad over ware kalmte, maar ik had veel gezeten, gewoon om te wennen aan meditatie. Op een dag was ik toevallig voor mezelf aan het koken, groenten aan het hakken in de keuken, en iemand klopte onverwacht heel luid op mijn deur, en opeens veranderde alles “poef”, mijn buik ontspande zich voor de eerste keer volledig. Het voelde alsof mijn maag zich plotseling helemaal opende, en ik ervoer voor het eerst sinds ik een kind was een soort volheid van zijn. Later realiseerde ik me dat ik mijn maag van binnenuit had vastgehouden, en dat ik dat al had gedaan zolang ik me kon herinneren. Ik hield alles binnen, om er zeker van te zijn dat alles in orde was. Ik had altijd al het gevoel dat ik alles onder controle moest hebben, en op dat moment verliet dat gevoel mij, “boem!”, in een keer.  

Ik denk dat dat de eerste keer was dat ik echt een kleine glimp van mijn natuurlijke staat ervoer.  Het was allemaal erg gelukzalig maar verwarrend op dat moment.  Ik had geen idee wat er aan de hand was omdat het zo verstoken was van enige betekenis die me op dat moment iets zinnigs kon zeggen, behalve dat het een volkomen heerlijk gevoel was. Ik voelde me vrij, voor de eerste keer sinds ik een kind was. In feite voelde het precies alsof ik weer een kind was.  Het duurde maar heel even, tot ik erover begon na te denken, probeerde te achterhalen wat er aan de hand was, en toen bouwde het zich allemaal weer op.

Ik zal je dit zeggen. Dat was niet de eerste keer dat zoiets mij overkwam. Ik bracht mijn eerste jaren door op een ranch, en ik kon meestal alleen zijn.  Er liep een prachtige beek door de ranch, met reusachtige oude pecannotenbomen en eiken, en er waren vossen en wasberen, en vissen in de beek, en bamboebosjes, en al die ongelooflijke natuur, en ik kon elke dag alleen zijn in deze omgeving, de hele dag lang. Als ik ‘s morgens mijn klusjes gedaan had, mocht ik van mijn ouders al mijn tijd daaraan besteden. Er was een zandweg waarlangs ik liep om bij de beek te komen. En vandaag, vanochtend nog, liep ik over een soortgelijk zandpad, op een bouwterrein in Kula, en terwijl ik langs dit zandpad liep, realiseerde ik me het gevoel dat ik toen had, als kind, en dat deze vrijheid, dit diepe, diepe gevoel van kalmte was.  Maar ik wist het toen niet echt, denk ik. Ik bedoel, ik dacht gewoon dat het de natuurlijke gang van zaken was, in die dagen. Ik had gewoon een goed leven, en het leek mij dat het altijd zo zou zijn. Misschien, als je het geluk hebt om als jongere dit soort ervaringen te hebben, dan heb je misschien een gelijkaardige ervaring gehad. Ik vond het toen niets bijzonders. Ik kon het niet eens echt waarderen omdat ik niets had om het mee te vergelijken. Nu realiseer ik me dat het een grote zegen was om deze kans te krijgen.  Er waren andere keren dat zo’n ervaring zich voordeed, dus ik kan niet echt zeggen wanneer de eerste keer was dat ik me bewust werd van de diepgang ervan.

Student:  In het verleden, verwees je naar dat incident in New York City als “het loslaten van de riem van angst.”  

Oh ja. Ik heb die uitdrukking al een hele tijd niet meer gebruikt. Dat is hoe het voor mij voelde, het loslaten van een riem gemaakt van angst.  En naderhand, toen die riem terugkwam, onderzocht ik hem, en realiseerde ik me dat ik mijn buik niet inhield omdat ik er goed uit wilde zien.  Het was veel meer dan dat.  Het was om het gevoel te hebben dat ik machtig was en alles onder controle had. Natuurlijk was ik dat niet, niemand is dat ooit, maar ik wist niet hoe ik ermee om moest gaan dat ik geen controle had, behalve door gespannen te zijn en harder mijn best te doen. Het is zo’n overweldigende toestand voor een mens, die behoefte om alles onder controle te hebben. Het kan van alles zijn, van een preoccupatie tot een soort wanhoop. Het is als het primaire doel van de kleine geest 24/7, zodat het waarschijnlijk, voor de meesten, niet echt helemaal weggaat.  Daarom leer ik altijd om gewoon op te merken.  Merk op hoezeer je hunkert naar controle en wat je daardoor doet, hoe je daardoor tegen elkaar spreekt, hoe je daardoor jezelf en elkaar behandelt. 

Student:  Dank u.

Student:  Kun je wat meer vertellen over het eerste principe van kalmte, en dat idee van comfortabel zijn in die staat? Want u had het net over controle, en ik denk dat velen van ons proberen veel controle over onszelf uit te oefenen, alleen maar om comfortabel te zijn.

Ja, dat is erg ironisch, is het niet? Hoe werkt dat voor jou? Kunnen we onszelf echt comfortabel laten voelen, echt comfortabel, door te proberen onze omgeving te controleren? Mijn ervaring is dat we ons alleen op ons gemak kunnen voelen door het proberen om op welke manier dan ook comfortabel te zijn los te laten.  “Proberen” creëert altijd spanning. Met andere woorden, onze natuurlijke staat van bewustzijn is er een van diepe kalmte, wat natuurlijk het diepste gevoel van comfort geeft. Het is niet alleen comfortabel in ons fysieke lichaam, maar het is hetzelfde in onze geestesgesteldheid.  En wanneer we dingen proberen te controleren, vooral als we proberen ons niveau van comfort te controleren, dan staan we dat vermogen in de weg. We verraden gewoon onze eigen natuurlijke toestand. Ik denk dat veel mensen zich er niet van bewust zijn dat de mogelijkheid om daar vrij van te zijn zelfs maar bestaat.

De meeste mensen gaan hun hele leven door en ervaren dit niet.  Dat betekent dat ze geen enkel moment vrij zijn van spanning in hun onderbuik. Deze “gordel van angst” is opgebouwd uit de inspanning naar zelfbeheersing, niet alleen onszelf ervan te weerhouden iets ongepasts te doen, maar er ook zeker van te zijn dat we dingen doen om de beste kansen voor onszelf te creëren. Het is misschien niet eens het beste voor ons, maar we voelen dat het het beste past bij ons comfortniveau, het meest plezierige voor ons is. Het is allemaal erg verwarrend. Als we geobsedeerd zijn door het doel om alleen genot te verwerven en pijn te vermijden, dan zullen we onszelf altijd in de weg staan, nooit in staat zijn om te ervaren hoe het is om gewoon over de zandweg te lopen in volledige vrijheid van zorg.

Student: Ja, dank u. 

Student: Sensei, er zijn situaties in het leven die ongemakkelijk zijn, en in een Hospice, als we vrijwilligers leren om iemand te begeleiden die stervende is en misschien veel pijn heeft, hebben we het over comfortabel zijn met ongemakkelijk zijn.

Ik begrijp het.  Dat lijkt me een belangrijk punt, althans in die situatie. Het is alsof we het verlangen naar plezier en het vermijden van pijn of ongemak niet kunnen vermijden, maar we kunnen het wel opmerken, en als we opmerken dat we ons ongemakkelijk voelen, zijn we in bewustzijn, hebben we aandacht, en zodra we aandacht hebben, voelen we ons op ons gemak, ook al voelen we ons ongemakkelijk, ja?

Student: Wow, ja, en ik denk dat het ongemak wordt versterkt door de afwijzing van hun toestand.  “Oh, ik wil dat niet voelen want het is ongemakkelijk.” Maar als we ons gewoon kunnen laten gaan met het ongemak, dan vindt er een ontspanning plaats. Een acceptatie die meer de natuurlijke staat is. 

Misschien kunnen we zien dat elke toestand op deze manier ervaren kan worden? Bijvoorbeeld, toen ik pijn in mijn knie had net na de operatie, was de ervaring van pijn hevig, en toch, op mysterieuze wijze, was het oké, zolang ik er maar niet over klaagde tegen mezelf! In het begin gaven ze me wat morfine, en dat was geweldig. Ik vond het lekker, maar ik mocht het maar twee dagen hebben, om te voorkomen dat ik verslaafd zou raken. Daarna gaven ze me een ander soort spul dat vreemde bijwerkingen had, dus dat heb ik niet genomen.  Het vermindert de pijnervaring wel, maar het vermindert al het andere in het proces. Dus oefende ik gewoon in de pijn te zijn zonder me ertegen te verzetten, wat me ervan weerhield te lijden, of te worstelen. Dit is zeker niet normaal, dit is zeldzaam, maar eens in de zoveel tijd bevindt iemand zich in zo’n intense situatie.  Het beste voor ons allemaal is, natuurlijk, om gewoon voortdurend te oefenen.

We kunnen nooit met zekerheid voorspellen wat er zal gebeuren, maar één ding kunnen we wel voorspellen: als we proberen zo’n soort ervaring te hebben, zullen we die nooit krijgen.  Dit is niet waar oefening voor is.  We hebben deze onverwachte ervaringen in ons leven.  Als we geluk hebben, ontmoeten we een leraar en kunnen we goed oefenen. En dan, als we veel geluk hebben, begint zoiets regelmatig te gebeuren in ons leven, en zo worden we ervaren genoeg om leraren voor anderen te zijn, en dit hele gebeuren gaat zo maar door, weet je, eeuw na eeuw na eeuw.

Student: Denk je niet dat veel mensen dit in hun leven kort ervaren ? Ze weten misschien niet wat het is, het gebeurt gewoon.  Maar als ze dan iemand als u erover horen spreken, dan is er een resonantie

Oh ja, ik ben er zeker van.

Student: En dat spreekt hen misschien aan en zo weten ze dat ze een pad moeten volgen.

Ja, ik denk dat je gelijk hebt.

Student: Ik denk dat het misschien vaker gebeurt als kind zijnde, of je weet wel gewoon op zeldzame momenten, maar de meeste mensen hebben geen context om het te begrijpen op dat moment. 

Juist. Dus, het is de verantwoordelijkheid van de leraar om de ervaring te laten zien, niet alleen te vertellen over de ervaring. En “tonen” betekent niet noodzakelijk iets fysiek demonstreren. Het kan gewoon getoond worden door hoe het “vertellen” gedaan wordt.  Toen ik in mijn kantoor zat voordat de les begon, zoals ik vaak doe, herinnerde ik me dat het niet uitmaakt wat je zegt, als je niet in de juiste gemoedstoestand bent als je het zegt. Wat ik zeg zijn grotendeels woorden die iets proberen te beschrijven dat onbeschrijflijk is, maar als ik het ervaar wanneer ik het zeg, dan ben je in staat het op de een of andere manier te herkennen, en denk je misschien: “O, dit is iets dat me op de een of andere manier bekend voorkomt!”

Student: Het komt aan. Het is een resonantie.

Ja, ik denk dat het belangrijk is om dit op te merken.  We besteden veel te veel tijd aan ons zorgen maken over wat we zeggen in plaats van onze staat van geest/lichaam als we het zeggen. Hetzelfde geldt voor ons wanneer we hier naar iemand anders luisteren, weet je. Als we zoveel mogelijk in een toestand van diepe kalmte zijn, zullen we dit anders horen en veel meer van de grotere betekenis opvangen.

Ik heb gesproken over de tijden dat ik naar Suzuki Sensei luisterde en alles wat hij zei vergeleek met mijn filosofie, dit aanvaardde, dat afwees, net alsof ik wist wat ik deed. Doet iemand anders dat ooit? Ja, iedereen doet dat wel eens.

Hoe meer aandacht we echter kunnen genereren, des te meer profijt zullen we hebben van het samenzijn met elkaar in deze trainingsvorm, gewoon omdat dat is hoe overdracht plaatsvindt. Iedereen wil weten wat deze “transmissie” is, en misschien zien we dat het niet helemaal met zoveel woorden gezegd kan worden. Overdracht is niet noodzakelijkerwijs iets dat we precies van een ander leren, maar iets dat wordt opgenomen door bij een ander te zijn.

Wanneer wij zo samenkomen, zijn er vaak lange pauzes tussen de commentaren.

Deze pauzes bieden ons de gelegenheid om ons te openen op een manier die in ons eigen belang is. Zo is het nu eenmaal. Ik denk dat iedereen dat weet zonder erover na te denken. En nogmaals, vergeet niet dat het niet zozeer gaat om wat we zeggen, als wel om onze gemoedstoestand, en dat dan alles wat gezegd wordt iets in ons losmaakt als onze gemoedstoestand op deze manier ontvankelijk is. 

[Sta mij toe hier aan toe te voegen dat ditzelfde ook geldt wanneer wij dit lezen. Het is heel goed mogelijk om de diepste betekenis waar te nemen achter wat er gezegd wordt, als we lezen met een kalme geest].

Student:  Je zei eerder dat kalmte gaat over zweven, of lichtheid. Kun je dat nader toelichten? 

De ervaring van één zijn met alles maakt ons onbewust van het gewicht van ons lichaam. Op een keer waren we in Japan aan het oefenen om in san kaku no kamae (de driehoekige houding) te staan, en de persoon naast mij vroeg aan Tohei Sensei, “Op welke voet moet mijn gewicht staan?” En Tohei Sensei zei, “Je gewicht? Welk gewicht?” En ik wist uit de manier waarop hij het zei dat hij voelde dat hij ons had geleerd dat wanneer je één bent met alles, er geen zelfbewustzijn is van je gewicht, en waarom herinnerden we ons dat niet?! 

Het gaat allemaal om zelfbewustzijn (ineenstorten op het zelf) versus universeel bewustzijn (alles tegelijk in je opnemen). Óf het object van ons bewustzijn is iets relatiefs waar we op gericht zijn en mee om proberen te gaan, óf het object van ons bewustzijn is leeg en vrij van wat ons zou kunnen afleiden, zodat we in een open, allesomvattende staat zijn. Dat is wat Tohei Sensei ons heeft geleerd, en daarom doe ik deze vraag-en-antwoord sessies met jullie, zodat we allemaal deze leringen grondig en vaak kunnen herzien. 

Oké, hartelijk dank.